Paragrafen

Paragraaf lokale heffingen

Doelstelling
Met dit overzicht van de lokale heffingen geven we een inzicht in welke heffingen er zijn. Ook laten we zien wat de tarieven zijn. Dit maakt duidelijk wat de financiële gevolgen zijn van eerder gemaakte beleidskeuzes. Het laat ook zien wat onze inwoners hiervoor moeten betalen.

Gemeentelijk beleid

In de Gemeentewet is bepaald welke belastingen door een gemeente geheven kunnen worden. Dit zijn de belastingen genoemd in de artikelen 220 tot en met 229d Gemeentewet. Ook zijn er belastingen die een gemeente heft op basis van andere wetten. Bijvoorbeeld de afvalstoffenheffing op basis van de Wet milieubeheer.
Het algemene uitgangspunt is dat tarieven kostendekkend moeten zijn. Dit beleid komt neer op ‘de gebruiker betaalt’. Bij de afvalstoffenheffing en de rioolheffing is het streven om 100% kostendekkend te zijn. Voor inwoners die niet in staat zijn bepaalde gemeentelijke belastingen te betalen is kwijtschelding mogelijk. Dit is mogelijk voor de afvalstoffenheffing, de rioolheffing en bij uitzondering voor de onroerendezaakbelastingen.

Inflatiecijfer

Voor de leges, de rioolheffing en de afvalstoffenheffing hebben we afgesproken dat we kostendekkende tarieven heffen voor zover dit mogelijk en acceptabel is. De onroerendezaakbelastingen en overige heffingen verhogen we met de inflatie, gebaseerd op het gemiddelde consumentenprijsindexcijfer (CPI). In de kadernota is bepaald dat dit gemiddelde wordt berekend over de periode van mei (t-1) tot en met april (t).

Voor 2026 is dit uitgangspunt echter aangepast, omdat de gemeenteraad de toeristenbelasting reeds in mei 2025 heeft vastgesteld, terwijl het inflatiecijfer over de genoemde periode toen nog niet beschikbaar was. Daarom is voor de vaststelling uitgegaan van het CPI-gemiddelde over de periode januari tot en met december van het voorgaande jaar, wat neerkomt op een inflatiepercentage van 3,56%. Dit percentage is daarmee leidend voor de verhoging van de OZB en overige heffingen in 2026.

Overzicht lokale heffingen
De belangrijkste belastingen, rechten en leges die door ons worden geheven zijn:

  • onroerendezaakbelastingen;
  • afvalstoffenheffing;
  • rioolheffing voor gebruikers;
  • toeristenbelasting;
  • forensenbelasting;
  • grafrechten;
  • precariobelasting;
  • leges.

Elke soort lichten we verder toe.

Onroerendezaakbelastingen
Op grond van artikel 220 van de Gemeentewet heffen wij onroerendezaakbelastingen. Oftewel OZB. Voor gecombineerde panden wordt voor het woondeel een vermindering toegepast. Gecombineerde panden zijn panden waarbij een deel bedrijfsmatig wordt gebruikt en een deel als woning.

De inkomsten voor 2026 zijn geschat op een totaal van € 14.262.000. Dit is inclusief de inflatiecorrectie van 3,56%, de meeropbrengst vanwege het realiseren van nieuwbouwwoningen, de afdracht aan het Ondernemersfonds Schagen en het compensatiebudget voor sport en cultuur. Dit laatste gaat om de 3% extra opbrengst van sportcomplexen en culturele complexen.

De tarieven voor 2026 zijn nog niet bekend. De hertaxatie naar peildatum 1 januari 2025 is nog niet afgerond. Uiterlijk in december 2025 komen we met een voorstel om deze tarieven vast te stellen. Bij de berekening van de tarieven zal rekening worden gehouden met de uitkomsten van de herwaardering. Bij een stijging van de WOZ-waarde daalt het tarief. Zo pakt de herwaardering opbrengst neutraal uit. Andersom zal bij een daling van de WOZ-waarde het tarief stijgen. WOZ staat voor waardering onroerende zaken.

Afvalstoffenheffing

De Verordening op de heffing en invordering van afvalstoffenheffing regelt de heffing en invordering van de gemeentelijke afvalstoffen. Oftewel de kosten van het ophalen van het huishoudelijk afval. Afvalstoffenheffing kan worden geheven op grond van artikel 15.33 van de Wet Milieubeheer. De aanslag afvalstoffenheffing wordt vastgesteld aan de hand van het aantal personen dat op 1 januari van het belastingjaar bij een huishouden staat ingeschreven.

De gemeentelijke afvalstoffenheffing wordt voor een groot deel bepaald door het tarief uit de dienstverleningsovereenkomst (DVO) met de Huisvuilcentrale (HVC). Het DVO-tarief stijgt jaarlijks mee met het consumentenprijsindexcijfer en een loonkostencompensatie.
Bij het aangaan van de DVO in 2017 is een ingroeiregeling afgesproken voor de stijgende kosten van inzameling van glas, textiel, het beheer en onderhoud van inzamelmiddelen, en de collectieve kosten van HVC. Deze ingroeiregeling wordt stapsgewijs afgebouwd en loopt tot 2026.
Naast de kosten vanuit de DVO met HVC rekenen we ook een deel van de kosten voor straatreiniging, invordering, verhaal en kwijtschelding toe aan de heffing.

Overzicht kostendekking tarief:

Kostendekkendheid afval (x1000)

2025

2026

Kosten taakveld afval, incl. (omslag)rente

6.730

7.153

Kosten taakveld Verkeer en vervoer

527

220

Inkomsten, excl. heffingen

-885

-816

Netto kosten

6.372

6.556

Toe te rekenen kosten:

Overhead incl. (omslag)rente

92

103

BTW

1.513

1.515

A. Totale kosten 

7.977

8.174

Opbrengst heffingen

-8.157

-8.363

Kwijtschelding

189

189

B. Totale opbrengsten

-7.968

-8.174

B-A

9

0

kostendekkenheid

100%

100%

Door bovenstaande componenten stijgt het tarief voor 2026 met 2,5%.  

Afvalstoffenheffing

2025

2026

1 persoon

341,-

350,-

2 personen

402,-

412,-

3 personen

402,-

412,-

≥ 4 personen

435,-

446,-

extra container

218,-  

223,-  

De totale opbrengst van de afvalstoffenheffing was geraamd op € 8.313.000,- en wordt
€ 8.363.000.

Rioolheffing

In maart 2023 is het Programma Stedelijk Water en Riolering vastgesteld. Oftewel PSWR. In het vastgestelde PSWR 2023-2027 was een tarief opgenomen van € 252,- voor het jaar 2026. Omdat de uitvoering van deze werkzaamheden van veel factoren afhankelijk is, is het van belang dit jaarlijks te actualiseren. Na verwerking van de investeringen volgend uit het PSWR en actualisatie van investeringen riolering 2026 blijkt dat het tarief aangepast moet worden naar € 245,-. Hierbij begroten we realisaties en wijken we af van het voorgenomen tarief van € 252,- uit het PSWR.

Overzicht kostendekking tarief

Kostendekkendheid rioolheffing (x1000)

2025

2026

Kosten taakveld riolering, incl. (omslag)rente

5.137

4.785

Inkomsten, excl. heffingen

-55

-50

Netto kosten

5.082

4.735

Toe te rekenen kosten:

Overhead incl. (omslag)rente

48

800

BTW

647

838

A. Totale kosten 

5.777

6.373

Opbrengst heffingen

5.910

6.487

Kwijtschelding

114

114

B. Totale opbrengsten

5.796

6.373

B-A

19

0

Dekkingspercentage (exc mut. Voorz)

100%

100%

De rioolheffing wordt door ons geïnd als retributie die wordt geheven wanneer een bouwwerk is aangesloten op riolering. Dit is volgens de definitie van de Leidraad Riolering. Percelen die niet zijn aangesloten op de riolering zijn niet heffingsplichtig. Voor 2026 bedragen de tarieven:

  • tot en met 99.750 m3 waterverbruik een tarief van € 245,- per eenheid van 350 m3 gebruik, waarbij een gedeelte van 350 m3 naar boven wordt afgerond;
  • vanaf 99.751 m3 een tarief van € 245,- per eenheid van 750 m3 gebruik, waarbij een gedeelte van 750 m3 naar boven wordt afgerond.

Het riooltarief stijgt met 11,3% ten opzichte van 2025.

Een deel van die stijging komt doordat we voortaan een andere manier gebruiken om overheadkosten – zoals administratie, huisvesting en personeelszaken – toe te rekenen aan het riooltarief. Overheadkosten werden ook eerder al meegenomen, maar voor de rioolheffing gebeurde dat op basis van een vast bedrag per jaar, zoals vastgesteld in het Programma Stedelijk Water en Riolering (PSWR). Volgens de Notitie Overhead 2023 moeten we één consistente en transparante methode gebruiken om overhead toe te rekenen aan alle tarieven, leges en heffingen. Omdat in het PSWR een vast bedrag aan overhead was afgesproken, week de rioolheffing af van de methode die voor andere heffingen en leges werd gebruikt. Dit is niet langer toegestaan. Die werkwijze sluit beter aan bij hoe het werk in de praktijk verdeeld is, maar wijkt af van de oude aanpak. Daardoor valt het tarief dit jaar hoger uit.
Daarnaast speelt mee dat de gemeente Schagen een relatief groot buitengebied heeft en dat het rioolstelsel verouderd is. In de komende jaren zijn daarom aanzienlijke investeringen nodig in onderhoud en vervanging van het riool. Om die reden was in het PSWR voor 2026 een tarief van
€ 252,- vastgesteld. Omdat het tarief niet hoger mag zijn dan de kosten kan het tarief genoemd in het PSWR niet worden aangehouden.

De inkomsten uit de rioolheffing waren begroot op € 6.215.000 en worden € 6.487.000.

Toeristenbelasting

De gemeente Schagen heeft twee tarieven voor de toeristenbelasting.

  • Het tarief van € 2,13 geldt voor steeds wisselende mobiele kampeeronderkomens op een kampeerterrein. Onder mobiele kampeeronderkomens wordt verstaan: tenten, vouwwagens, kampeerauto’s, toercaravans en soortgelijke onderkomens.
  • Het tarief van € 2,33 geldt voor alle andere vormen van verblijf.

Er gelden forfaitaire tarieven voor kampeerplaatsen die toeristen voor een lange periode achtereen tot hun beschikking hebben. Bij campings met jaarplaatsen, seizoenplaatsen of maandarrangementen is namelijk een registratie per nacht niet uitvoerbaar. Daarom zijn de volgende forfaitaire tarieven 2026 opgenomen voor steeds wisselende mobiele kampeeronderkomens:

Voorseizoenarrangement

2,2 personen x 30 nachten x € 2,13

€ 140,58

Verlengd voorseizoenarrangement

2,3 personen x 39 nachten x € 2,13   

€ 191,06

Naseizoenarrangement

2,2 personen x 18 nachten x € 2,13  

€   84,35

Maandarrangement

2,1 personen x 12 nachten x € 2,13

€   53,68

En er zijn forfaitaire tarieven voor alle andere vormen van verblijf:

Vaste jaarplaats

2,3 personen x 53,7 nachten x € 2,33

€ 287,78

Vaste seizoenplaats

2,4 personen x 53,6 nachten x € 2,33

€ 299,73

Seizoenplaats

2,4 personen x 52,9 nachten x € 2,33

€ 295,82

De totale opbrengst van de toeristenbelasting is geschat op € 3.394.000

Forensenbelasting
Forensenbelasting wordt geheven wanneer natuurlijke personen meer dan 90 dagen van het belastingjaar voor zichzelf of hun gezin een gemeubileerde woning beschikbaar houden zonder dat zij in de gemeente hun hoofdverblijf hebben.

In onze gemeente zijn ongeveer 3.620 personen belastingplichtig voor de forensenbelasting. De totale opbrengst van de forensenbelasting is geschat op € 2.258.000.

De forensenbelasting kent 2 tarieven. Één tarief voor stacaravans en één tarief voor woningen. Dit geldt ook voor recreatiewoningen.

Het tarief voor stacaravans bedraagt in 2026 € 397,95.
Het tarief voor woningen bedraagt in 2026 € 932,00.

Grafrechten
Grafrechten heffen we op basis van de Verordening op de heffing en invordering van grafrechten. In 2021 is de Beheersverordening gemeentelijke gedenkparken gemeente Schagen 2022 vastgesteld. Naar aanleiding van deze Beheersverordening hebben we de tarieven in de verordening grafrechten onderzocht en bijgesteld met een inflatie correctie van € 3,56%.

Voor het begraven of bijzetten van stoffelijke overschotten worden aanslagen grafrechten opgelegd. Dit gaat om het gebruik van de begraafplaats en om het door of vanwege de gemeente verlenen van diensten in verband met het begraven en het bijzetten. De inkomsten voor 2026 worden geraamd op € 168.000,-.

Overzicht kostendekkendheid

Kostendekkendheid Begraafplaatsen (x1000)

2025

2026

Kosten taakveld riolering, incl. (omslag)rente

235

365

Inkomsten, excl. heffingen

0

0

Netto kosten

235

365

Toe te rekenen kosten:

Overhead incl. (omslag)rente

200

165

A. Totale kosten 

435

530

Opbrengst heffingen

-168

-168

Kwijtschelding

0

0

B. Totale opbrengsten

-168

-168

B-A

-603

362

Dekking 

39%

32%

De hogere lasten in 2026 worden deels verklaard door inflatie, terwijl de baten niet meegroeien. Zelfs met inflatiecorrectie op de tarieven is er de afgelopen jaren een daling van de opbrengsten zichtbaar. Daarnaast zijn bepaalde kosten die in 2025 onder 'onderhoud groen' waren verantwoord, in 2026 correct toegerekend aan de begraafplaatsen en meegenomen in de tariefberekening.

Leges
Leges heffen we voor diensten die we als gemeente hebben geleverd. In de tarieventabel, die bij de verordening hoort, worden de bedragen genoemd die we voor diverse verleende diensten heffen. Voor een aantal diensten worden de tarieven door het Rijk voorgeschreven, bijvoorbeeld bij reisdocumenten. Bij het vaststellen van de tarieven gaan we er van uit dat deze 100% kostendekkend zijn. De tarieventabel leges is onderverdeeld in drie titels en is ingericht volgens de modelverordening van de Vereniging Nederlandse Gemeenten:
• Titel 1 Algemene dienstverlening bijvoorbeeld: burgerlijke stand, reisdocumenten, winkeltijden et cetera;
• Titel 2 Dienstverlening die valt onder de fysieke leefomgeving of omgevingsvergunning, de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;
• Titel 3 Dienstverlening die valt onder de Europese Dienstenrichtlijn: horeca, evenementen en dergelijke.

Voor titel 1 en 2 mogen de opbrengsten van alle diensten binnen een titel niet hoger zijn dan de uitgaven. Binnen een titel mag een dienst dus meer dan 100% kostendekkend zijn, zolang deze gecompenseerd wordt door een lagere kostendekking. Voor titel 3 geldt de kostendekking per dienst.

De totale opbrengst aan leges is geschat op €2.649.668,- zoals te zien is in onderstaand overzicht:

Recapitulatie Hoofdstuk 1, 2 en 3

Directe
kosten

Loonkosten

Overhead

Opbrengst

Kostendek
kendheid

Kostendekking Hoofdstuk 1

450.120

578.009

390.869

1.088.208

76,69%

Kostendekking Hoofdstuk 2

1.254.679

1.123.258

1.760.000

74,01%

Kostendekking Hoofdstuk 3

1.984

1.878

3.249

84,15%

Kostendekking totale tarieventabel

450.120

1.834.672

1.516.005

2.851.457

75,02%

Titel 1 algemene dienstverlening
Bij titel 1 is weinig ruimte om de tarieven te verhogen. De opbrengsten komen voornamelijk door paspoorten en rijbewijzen. Deze tarieven zijn op dit moment gelijk aan het maximale bedrag.

Onderwerp legesverordening

Directe
kosten

Loonkosten

Overhead

Opbrengst

Kostendek
kendheid

Hoofdstuk 1 - Algemene dienstverlening

Paragraaf 1.1 - Burgerlijke stand

54.325

36.204

52.943

58,48%

Paragraaf 1.2 - Reisdocumenten

295.737

268.797

179.171

609.940

82,01%

Paragraaf 1.3 - Rijbewijzen

113.883

161.813

107.858

286.936

74,81%

Paragraaf 1.4 - Verstrekkingen uit de basisregistratie personen

49.760

33.160

40.000

48,24%

Paragraaf 1.5 - Verstrekkingen uit het Kiezersregister n.v.t.

Paragraaf 1.6 - Verstrekkingen op grond van Wet bescherming persoonsgegevens n.v.t.

Paragraaf 1.7 - Bestuursstukken n.v.t.

Paragraaf 1.8 - Vastgoedinformatie

Paragraaf 1.9 - Overige publiekszaken

40.500

10.593

7.060

32.757

56,33%

Paragraaf 1.10 - Gemeentearchief

Paragraaf 1.11 - Huisvestingswet n.v.t.

Paragraaf 1.12 - Leegstandswet

871

580

1.121

77,26%

Paragraaf 1.13 - Gemeentegarantie n.v.t.

Paragraaf 1.14 - Marktstandplaatsen (voor weekmarkten e.d.), verplaatst 

Paragraaf 1.15 - Winkeltijdenwet, verplaatst

Paragraaf 1.16 - Kansspelen

Paragraaf 1.17 - Telecommunicatie

24.516

21.948

57.783

124,36%

Paragraaf 1.18 - Verkeer en vervoer

7.334

4.888

6.728

55,05%

Paragraaf 1.19 - Diversen

Paragraaf 1.20 - Algemene plaatselijke verordening (diverse)

Paragraaf 1.21 - Urgentie

Totaal hoofdstuk 1

450.120

578.009

390.869

1.088.208

76,69%

Titel 2 dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/omgevingsvergunning
De kostendekking van titel 2 is onder de 100% kostendekking. Hoewel er getoetst wordt op de gehele verordening wordt u geadviseerd om onder deze grens te blijven. Het is namelijk goed mogelijk dat de jurisprudentie wijzigt met betrekking tot kruis subsidiëring. Dit kan gevolg hebben tot een toename in bezwaar- en beroepsprocedures.

Onderwerp legesverordening

Directe
kosten

Loonkosten

Overhead

Opbrengst

Kostendek
kendheid

Hoofdstuk 2 - Omgevingswet

Paragraaf 2.1 - Algemene bepalingen

Paragraaf 2.2 - Voorfase

428.923

383.993

218.086

26,83%

Paragraaf 2.3 - Activiteiten met betrekking tot bouwwerken

625.252

559.759

1.234.420

104,17%

Paragraaf 2.4 - Activiteiten met betrekking tot cultureel erfgoed en werelderfgoed

10.941

9.794

20.028

96,59%

Paragraaf 2.5 - Milieubelastende activiteiten

63.153

56.538

51.123

42,71%

Paragraaf 2.6 - Lozingsactiviteiten

Paragraaf 2.7 - Aanlegactiviteiten

24.973

22.360

73.072

154,39%

Paragraaf 2.8 - Overige activiteiten

278

249

892

169,26%

Paragraaf 2.9 - Maatwerkvoorschriften bij bouwactiviteiten

3.111

2.786

1.213

20,57%

Paragraaf 2.10 - Gelijkwaardigheid

1.111

995

2.021

95,96%

Paragraaf 2.11 - Overige tarieven

1.680

1.504

3.799

119,24%

Paragraaf 2.12 - Modaliteiten

95.257

85.280

155.346

86,05%

Paragraaf 2.13 - Vermindering

Paragraaf 2.14 - Teruggaaf

Totaal hoofdstuk 2

1.254.679

1.123.258

1.760.000

74,01%

Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese Dienstenrichtlijn
Dit is een klein onderdeel van de legesverordening. Hij bestaat voor een groot deel uit evenementenvergunningen. Vanwege de maatschappelijke betekenis ervan is dit bij veel gemeenten niet kostendekkend.

Onderwerp legesverordening

Directe
kosten

Loonkosten

Overhead

Opbrengst

Kostendek
kendheid

Hoofdstuk 3 - Europese dienstenrichtlijn

Paragraaf 3.1 - Horeca

1.931

1.828

3.171

84,36%

Paragraaf 3.2 - Prostitutiebedrijven

53

50

78

76,47%

Paragraaf 3.3 - Winkeltijdenwet

Paragraaf 3.4 - Organiseren evenement of markt

Paragraaf 3.5 - Standplaatsen

Paragraaf 3.6 - Huisvestingswet

Paragraaf 3.7 - In deze titel niet benoemde vergunning,
ontheffing of andere beschikking

Totaal hoofdstuk 3

1.984

1.878

3.249

84,15%

Totaal

450.120

1.834.672

1.516.005

2.851.457

75,02%

Overige gemeentelijke belastingen/heffingen
Naast de genoemde verordeningen zijn er nog een aantal met een relatief lage belastingopbrengst. Deze verordeningen hebben betrekking op precariobelasting, marktgelden, staangelden, campergelden, havengelden en liggelden.

Kwijtschelding
Wij bieden aan inwoners met een minimum inkomen de mogelijkheid om kwijtschelding aan te vragen. Er wordt in principe alleen nog kwijtschelding verleend voor de afvalstoffenheffing en de rioolheffing. De onroerendezaakbelasting voor gebruikers van woningen is afgeschaft. Kwijtschelding voor de onroerendezaakbelastingen voor eigenaren is alleen mogelijk op de voorwaarde dat er geen overwaarde op de woning zit.

De norm voor het verlenen van kwijtschelding is gesteld op 100% van de bijstandsnorm. Dit is het maximale dat is toegestaan.

Inwoners die in aanmerking komen voor kwijtschelding hoeven niet ieder jaar opnieuw kwijtschelding aan te vragen. Is er in 2025 kwijtschelding verleend? Dan toetsen we automatisch voor belastingjaar 2026 of de inwoner weer in aanmerking komt voor kwijtschelding. De inwoner krijgt automatisch kwijtschelding wanneer deze toets positief is. Gemiddeld 65% van de kwijtscheldingen wordt op deze manier verleend.

Overzicht tarieven lokale heffingen
In onderstaande tabel zijn de tarieven voor 2026 van de belangrijkste gemeentelijke belastingen opgenomen.

Soort heffing

Tarief 2025

Tarief 2026

Stijgings-percentage

Baten 2026

Kwijtschelding

Onroerende zaakbelastingen

€ 14,262.000

€ 0

Woningen

Eigenarenbelasting als percentage van de WOZ waarde

0.11%

nnb*

Niet woningen

Eigenarenbelasting als percentage van de WOZ waarde

0.29%

nnb*

Gebruiker als percentage van de WOZ waarde

0.18%

nnb*

Afvalstoffenheffing

€ 8.363.000

€ 189.000

Eenpersoons huishouden

341

350

2.50%

Twee- en driepersoons huishouden

402

412

2.50%

Vier- en meerpersoons huishouden

435

446

2.50%

Extra container

218

223

Rioolheffing

€ 6.487.000

€ 114.000

t/m 99.750 m3 bedraagt het tarief per 350 m3

228

245

11.30%

vanaf 99.751 m3 bedraagt het tarief per 750 m3 

228

245

11.30%

Toeristenbelasting

€ 3.394.000

€ 0

Voorseizoenarrangement; 2,2 personen x 30 nachten x € 2,13

136

141

3.56%

Verlengd voorseizoenarrangement; 2,3 personen x 39 nachten x € 2,13  

185

191

3.56%

Naseizoenarrangement; 2,2 personen x 18 nachten x 2,13

82

84

3.56%

Maandarrangement; 2,1 personen x 12 nachten x € 2,13

52

54

3.56%

Vaste jaarplaats; 2,3 personen x 53,7 nachten x € 2,33

278

288

3.56%

Vaste seizoenplaats; 2,4 personen x 53,6 nachten x € 2,33

289

300

3.56%

Seizoenplaats; 2,4 personen x 52,9 x € 2,33

287

296

3.56%

Forensenbelasting

€ 2.258.000

€ 0

Stacaravans

384

398

3.56%

Woningen

900

932

3.56%

* De hertaxatie voor peildatum 1 januari 2025 is nog niet afgerond. Afhankelijk van de herwaardering kan het tarief stijgen of dalen omdat dit samenhangt met de hoogte van de WOZ waarden.

Lastendruk
Onder de woonlasten wordt verstaan het gemiddelde bedrag dat een huishouden in een gemeente betaald aan OZB, rioolheffing en afvalstoffen. Het Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheden (COELO) doet jaarlijks onderzoek naar de ontwikkelingen met betrekking tot de gemeentelijke belastingen en heffingen.
Bij de berekening van het gemiddelde bedrag dat een huishouden in een bepaalde gemeente aan gemeentelijke woonlasten betaalt, worden de OZB, rioolheffingen en reinigingsheffing/ afvalstoffenheffing betrokken.

In vergelijking tot andere gemeenten, zit Schagen iets boven het gemiddelde. Dit is relatief omdat de woonlasten landelijk sterk uiteen lopen. In belangrijke mate wordt het veroorzaakt door de gemaakte keuzes van de gemeenten, zoals; uitbesteden afval, het dekkingspercentage en waar de lasten worden neergelegd (eigenaar, gebruiker of beiden).
In de tabel hieronder is zichtbaar hoe de woonlasten in 2025 van omliggende gemeenten zich verhouden tot de situatie in Schagen:

Gemeente

OZB aanslag woningen met gemiddelde waarde

Afvalstoffen-heffing

Riool-heffing

Woonlasten 2025

Bloemendaal

1234

570

313

2117

Bergen NH

652

365

219

1236

Den Helder

303

499

200

1002

Dijk en Waard

364

289

315

968

Hollands Kroon

374

367

214

955

Medemblik

592

357

217

1166

Opmeer

592

477

274

1343

Schagen

466

402

228

1096

Bron: Coelo 2025.

Gegevens over 2026 zijn nog niet bekend

De gemeente Ameland is de gemeente met de laagste woonlasten (€ 680,-); de gemeente Bloemendaal heeft de hoogste woonlasten (€ 2.117,-). De gemiddelde woonlasten bedragen € 1.053,-.
De gemiddelde woonlasten en de rangorde voor een meerpersoonshuishouden in de regiogemeenten bedragen volgens de Coelo-atlas voor 2025:

Gemeente 

Bedrag

Rangorde

Bloemendaal

2117

346

Bergen NH

1.236

311

Den Helder

1.002

135

Dijk en Waard

968

94

Hollands Kroon

955

82

Medemblik

1136

262

Opmeer

1343

328

Schagen

1096

235

 

Deze pagina is gebouwd op 10/14/2025 20:01:32 met de export van 10/14/2025 19:51:02